Skip to main content

Coppa Belle Machina, Zondag 9 juni




Onze club had dit jaar weer een uitnodiging ontvangen van de INOTEC hoofdvestiging in Belgie om mee te doen aan de C.B.M. speek uit "koppa bella makina". Dit jaar was kasteel Renesse in Oostmalle de plaats van handeling. Zijn er in Nederland ook zulke kastelen met buitenterreinen te huur? Er was maar een smalle toegangsweg beschikbaar zodat er wel wat vertragingen waren omdat vertrekkende auto's voor de rondrit door het schitterende Belgische land en maar steeds aankomende nieuwe deelnemers elkaar tegenkwamen. Men kan van tevoren inschrijven,deze mensen komen algemeen rond de aanvangstijd 10.-uur, maar men kan ook op de dag zelf beslissen om te gaan. Het was prachtig weer die dag dus de deelnemers bleven toestromen. Het dorpje Oostmalle was enige tijd volledig gebokkeerd. Aan het begin van de middag moest de toegang worden gesloten omdat de toch niet zo kleine terreinen rondom het kasteel bomvol stonden. Er waren toen ruim 600 schitterende vaak zeer bijzondere voertuigen verschenen. Onze 27 Porsches samen met enige anderen hadden een speciale plaats min of meer op het terras van het kasteel, geweldig.

De beoordeling bij het concours d'elegance werd dit jaar door het publiek (deelnemers) gedaan,zodat soms verrassende winnaars uit de bus kwamen,zoals b.v. de lichtgroene Imp met aan het stuur de oorspronkelijke eigenaar. Er stond een grote tent met terras voor de hap en de drankjes. Op het terras was live muziek met een niet aflatende zanger die naast zijn goede zang vooral opviel door het enorme volume waarmee zijn.

Liederen over de aanwezigen werden uitgestrooid. Toen hij een rustpauze aankondigde ging het welverdiende applaus vergezeld van een zucht van verlichting. Wat een geweldig evenement met al die soms wel heel zeldzame auto's vaak in overweldigende staat maar veelal ook in hartverwarmende originele gebruikte toestand. Er was zoveel te zien dat een groot aantal aanwezigen wel een week nodig zouden hebben om alle details met elkaar te kunnen bespreken.

Volgend jaar dan maar.

Gijs van Wagensveld.